In onderstaand overzicht staat de totale overschrijding per programma.
Lasten
x € 1.000 | |||||
Programma | Actuele begroting 2021 | Realisatie 2021 | Verschil | Onrechtmatig telt niet mee | Onrechtmatig telt wel mee |
Ruimtelijke Ontwikkeling, Wonen en Erfgoed | 100.978 | 111.989 | -11.011 | -11.011 | |
Werk en Inkomen | 255.487 | 283.198 | -27.711 | -27.711 | |
Ondersteuning op maat | 316.155 | 321.365 | -5.210 | -5.210 | |
Volksgezondheid | 19.512 | 19.665 | -153 | -153 | |
Utrechts Vastgoed | 19.814 | 22.074 | -2.260 | -2.260 | |
Algemene middelen | 3.283 | 7.593 | -4.310 | -4.310 |
Conclusie begrotingscriterium
De overschrijdingen op de programma’s zijn onrechtmatig maar tellen niet mee in het oordeel van de accountant. Bij de programma’s Werk en Inkomen, Ondersteuning op maat, en Volksgezondheid zijn de overschrijdingen gerelateerd aan de gevolgen van Corona. Hier tegenover staan ook extra bijdragen van het Rijk, veelal verantwoord op het betreffende programma, of op het programma Algemene middelen (als onderdeel van coronacompensatie binnen het gemeentefonds).
Bij de overschrijding van de lasten op het programma Ruimtelijke Ontwikkeling Wonen en Erfgoed staan ook hogere baten tegenover. Het bedrag van de extra dotatie aan de voorziening groot onderhoud bij het programma Utrechts Vastgoed is in overleg met de accountant bepaald bij het opstellen van de jaarstukken. Bij het programma Algemene middelen is deels sprake van een verschuiving van gelden tussen dit programma en het programma Ruimtelijke Ontwikkeling Wonen en Erfgoed (frictiekosten Leidsche Rijn). Verder staan er voor wat betreft de hogere rentelasten binnen het programma Algemene middelen ook hogere rentebaten tegenover.
Ruimtelijke Ontwikkeling, Wonen en Erfgoed
De hogere gerealiseerde lasten betreffen onder andere niet geraamde lasten voor strategische verwervingen en voor de Regiodeal Overvecht. Tegenover deze niet begrote lasten staat een zelfde bedrag aan niet begrote baten. Verder zijn de lasten hoger dan geraamd doordat meer intentie- en anterieure overeenkomsten zijn afgesloten met ontwikkelende partijen in de stad. Hiertegenover staan hogere baten. Ook zijn de lasten van conversies en bestemmingswijzigingen hoger dan begroot. De opbrengsten op dit onderdeel zijn ook hoger dan begroot. Tot slot zijn er niet begrote stortingen in de voorziening onderhanden werk en in de voorziening negatieve grondexploitaties, om deze op het benodigde niveau te brengen.
Programma Werk en Inkomen
De gerealiseerde lasten zijn met 27,711 miljoen euro hoger dan begroot, deze overschrijding wordt met name veroorzaakt door TOZO en TONK, hier staat een (eveneens niet-begroot) apart budget tegenover. Derhalve telt deze overschrijding niet mee voor het rechtmatigheidsoordeel van de accountant. Het programma Werk en Inkomen heeft per saldo een positief resultaat, zie betreffende hoofdstuk.
Programma Ondersteuning op Maat
De hogere lasten worden voornamelijk veroorzaakt vanwege een aantal niet begrote lasten bij Jeugd (7,7 miljoen euro) waarvoor specifieke uitkeringen danwel incidentele subsidies van het Rijk verkregen zijn. Deze zijn altijd budgetneutraal en met een specifieke opdracht vanuit het Rijk beschikbaar gesteld voor jeugd. Daarnaast zijn een aantal van deze specifieke uitkeringen pas later in het jaar verstrekt waardoor bijstellen van de begroting niet meer mogelijk was. Binnen de WMO is er enerzijds meer uitputting van aanvullende zorg zoals Hulp bij Huishouden, hulpmiddelen, dagbegeleiding en individuele begeleiding, wat tot 8,3 miljoen euro hogere lasten leidt, anderzijds is er een onderbesteding van 13,7 miljoen euro op
24-uursbegeleiding. Deze onderschrijding was voorzien waardoor de hogere kosten op andere onderdelen binnen het programma konden worden opgevangen. Dit betrof naast de kosten van de aanvullende zorg het incidentele knelpunt op de LVV (1,4 miljoen euro) en Plan Einstein (0,9 miljoen euro). Daarnaast zijn 0,5 miljoen euro extra kosten gemaakt ten behoeve van de crisisopvang vluchtelingen, en 0,3 miljoen euro aan coronakosten gemaakt voor de opvang van ongedocumenteerden: voor beide posten zijn ook baten van het Rijk voor verkregen.
Volksgezondheid
De gerealiseerde lasten zijn 0,153 miljoen euro hoger dan vooraf begroot. Deze overschrijding telt niet mee in het rechtmatigheidsoordeel van de accountant. De overschrijding is met name het gevolg van extra niet begrote corona gerelateerde uitgaven van 0,155 miljoen euro, extra inzet op advisering gezonde leefomgeving 0,200 miljoen euro en overige uitgaven 0,109 miljoen euro. Hiertegenover staan ook lagere lasten met name niet geëffectueerde CAO 0,170 miljoen euro, de tender voor het Nieuwe Zandpad in 2021 heeft niet tot een opdracht geleid, hierdoor is de hulp- en dienstverlening (inloop, huiskamer prostituees) die daar voorzien was maar deels geoperationaliseerd 0,140 miljoen euro.
Utrechts Vastgoed
De hogere lasten op het programma Utrechts Vastgoed worden voornamelijk veroorzaakt door een extra dotatie aan de voorziening planmatig onderhoud. Deze extra dotatie is nodig omdat eind 2021 uit het meerjarenonderhoudsprogramma bleek dat de hoogte van de voorziening voor de komende jaren onvoldoende is om de plannen uit te voeren. Aangezien de voorziening conform het Besluit begroting en verantwoording niet negatief mag zijn, heeft bij de jaarrekening een extra dotatie plaats gevonden.
Algemene Middelen
Budgetstructuur Leidsche Rijn: 1,918 miljoen euro nadelig.
De frictiekosten in verband Leidsche Rijn worden in de begroting overgeboekt naar de andere programma’s; de onttrekking vanuit de reserve Frictiekosten die deze kosten dekt, is niet verwerkt in de begroting.
Hierdoor ontstaat elk jaar een financieel nadeel op deze post in de begroting. Bij de bestedingen en dekking voorstellen wordt genoemde onttrekking als nog geregeld. Vanaf jaar regelen we onttrekking uit de reserve Frictiekosten direct in de begroting zodat dit nadeel zich niet steeds voordoet.
Langlopende geldleningen: 2,099 miljoen euro nadelig
Tegenover dit nadeel op de rentelasten staat een vergelijkbaar voordeel op de rentebaten.
OZB: 0,265 miljoen euro nadelig
In de realisatie waren de bedragen vanwege oninbaar en/of kwijtschelding 0,265 miljoen euro hoger dan begroot. De opbrengsten OZB zijn 0,898 miljoen euro hoger dan begroot.