Investeringen en onderhoud kapitaalgoederen

Toelichting
Voor- en nadelen worden verrekend met de reserve Bereikbaarheid en het uiteindelijke resultaat zal worden betrokken bij de herprogrammering in het MPB 2022, tenzij anders vermeld.

1. HOV Leidsche Rijn
De busbanen zijn afgerond en in gebruik genomen. Nu ook de nazorg is afgrond, kan het krediet afgesloten worden. Het resultaat van 0,209 miljoen euro betreft provinciale subsidie. Dit overschot wordt betrokken bij de aanpassing van het krediet van de Busbaan Dichterswijk Z90.

2. Busbaan Transwijk

De Z80 is in gebruik genomen. Nu de nazorg nagenoeg is afgerond stellen wij voor het krediet af te sluiten. Het krediet bedraagt 63,802 miljoen euro en wordt afgesloten met een voordelig saldo. Dit voordeel is veroorzaakt door een gunstige aanbesteding en bouwmethodiek, lagere kosten voor kabels en leidingen, geluidsmaatregelen en gedeeltelijke vrijval van de post onvoorzien. Het overschot op de provinciale subsidie (11,398 miljoen euro) wordt betrokken bij de aanpassing van het krediet van de Busbaan Dichterswijk Z90.
Het resterende gemeentelijke budget bedraagt 0,599 miljoen euro. Hiervan is een bedrag van 0,4 miljoen euro nog benodigd voor enkele afrondende werkzaamheden op de kruising Marco Pololaan/Trumanlaan. Na de vorming van het restant krediet resteert een voordelig saldo van 0,199 miljoen euro.

3. Inpassing Spoorverdubbeling (Randstadspoor).
Het project is opgeleverd en kan worden afgesloten met een voordeel van 0,009 miljoen euro.

4.De Uithoflijn Tram (UHL)
De Realisatie van het gemeentelijk deel van de onderbouw en het inrichten van de omgeving is afgerond.
Het krediet kan worden afgesloten. Het resultaat van 11,817 miljoen euro betreft niet benodigde subsidie van de Provincie Utrecht en het bedrag is dan ook niet gedeclareerd bij de provincie Utrecht
Voor de aanleg van de onderbouw en de herinrichting van de omgeving door de gemeente zijn verschillende uitvoeringsovereenkomsten opgesteld. Het overschot op de onderbouw maakt onderdeel uit van de totale projectscope van het gezamenlijke project UHL (met de provincie Utrecht) en is conform eerdere besluitvorming daarbinnen ingezet en besteed.

5. Bijdrage tekort Uithoflijn (UHL)
In 2021 hebben we de Allonge Uithoflijn kunnen afsluiten. De allonge betrof aanvullende afspraken met de provincie Utrecht over de dekking van de extra benodigde middelen voor de UHL. In 2021 zijn de laatste punten van het dossier afgerond (de accountantsverklaring, de Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT) beschikking en de combideklaag) en is de definitieve eindafrekening met de provincie Utrecht opgesteld.
Deze eindafrekening levert voor de gemeente Utrecht een voordeel op (3,355 miljoen euro). Dit is 0,956 miljoen euro hoger dan het bedrag dat bij de voorlopige berekening in 2020 was verwacht. De eindafrekening van de provincie valt lager uit doordat er een meevaller is op de door het Rijk vastgestelde
IBOI-indexering en doordat de inschatting van de nog te verwachten facturen in 2020 achteraf gezien iets te hoog was. Hierdoor kunnen we het krediet afsluiten met een voordeel van 3,355 miljoen euro op de gemeentelijke middelen.

6. Bijdrage expeditiebrug Jaarbeurs
De expeditiebrug Jaarbeurs is opgeleverd. Het positieve resultaat ontstaat voornamelijk omdat aan de Jaarbeurs 2,5 miljoen euro bijdrage is toegezegd inclusief BTW. De reservering in de begroting van Bereikbaarheid is 2,5 miljoen euro exclusief BTW, die via het BTW-compensatiefonds verrekend wordt.

7. Herinrichting Wilhelminalaan
Het project is opgeleverd en kan worden afgesloten met een voordeel van 0,04 miljoen euro.

8. Oosterspoorbaan
Het project is opgeleverd en kan worden afgesloten. Het project viel iets voordeliger uit dan verwacht (0,05 miljoen euro).
 
9. Lange Nieuwstraat
Het project aan de Lange Nieuwstraat is afgerond. Het voordeel van 0,581 miljoen euro is ontstaan doordat de kosten flink lager zijn uitgevallen, tevens zijn meer baten gerealiseerd dan aanvankelijk was ingeschat.

10. Bijdrage Fort de Gagel
Vanuit het investeringsbudget bereikbaarheid is in 2021 een bijdrage van 0,185 miljoen euro geprogrammeerd als bijdrage voor de ontsluiting van Fort de Gagel. Omdat de uitvoering van dit project onder de nieuwe nota WAAVA valt (zie toelichting hieronder) hebben we deze bijdrage om technische redenen niet kunnen verrekenen in 2021 en stellen we voor om deze bijdrage bij de bestedings- en dekkingsvoorstellen bij de jaarrekening 2021 te storten in de Vaste activa reserve. Dit project kan vervolgens bij Bereikbaarheid worden afgesloten en zal verder uitgevoerd worden bij VGU.

11. Randstadspoor Overige Stations
De definitieve eindafrekening levert voor de gemeente Utrecht een voordeel op van 0,266 miljoen euro. Het project betrof een samenwerking tussen de gemeente Utrecht en de provincie Utrecht, ieder droeg 50% van de kosten. Door het afsluiten van het project, zal het gerealiseerde voordeel ook gedeeld worden.

12. Verplaatsing en uitbreiding tijdelijke P&R Papendorp
Het tijdelijke parkeerterrein Papendorp is in 2021 technisch opgeleverd en in beheer genomen. Hiermee kan het investeringskrediet worden afgesloten. Het aanleggen van het parkeerterrein is goedkoper uitgevallen door o.a. het hergebruik van materialen. Het saldo van 0,354 miljoen euro leidt tot lagere kapitaallasten en zijn verwerkt in de parkeerexploitatie (MPR 2021).

Opschonen investeringsstaat
Naar aanleiding van de nieuwe nota WAAVA, waarin de activeringsgrens naar 0,1 miljoen euro wordt verlaagd, hebben we nog eens kritisch gekeken naar de investeringsstaat van Bereikbaarheid en de consequenties van het verlagen van de activeringsgrens. In de investeringsstaat zijn naast projecten die betrekking hebben op investeringen in infrastructuur momenteel ook projecten opgenomen die meer het karakter hebben van programmakosten en die niet in aanmerking komen voor activering. Dit geldt voor de projecten mobiliteitsmanagement, verkeersmanagement, goederenvervoer, aanpak luchtkwaliteit, verkeersveiligheid en de 30 km zone. Het gaat om projecten waarvoor veelal structureel budget beschikbaar is gesteld door de raad en waar jaarlijks een jaarschijf bij komt. Het budget wordt ingezet voor allerlei activiteiten zoals bijvoorbeeld onderzoek, bijdragen aan andere projecten, kleinere projecten, gedragscampagnes, een prijsvraag, subsidies. In feite hebben we hier dus te maken met kosten die niet in de investeringsstaat thuis horen (geen activeringswaardige investering). Uitzondering hierop vormen de (bijdragen aan) fysieke projecten die we vanuit deze programmabudgetten uitvoeren. Voor deze investeringen geldt dat we ze vanaf nu als project activeren en opnemen in de investeringsstaat als de gemeentelijke bijdrage hoger is dan 0,1 miljoen euro. De resterende kredieten/bedragen van deze projecten vallen dus niet vrij bij de jaarrekening, maar blijven beschikbaar voor de doelen waarvoor de raad ze beschikbaar heeft gesteld. Hieronder wordt dit per project toegelicht.

13. Afsluiting project Mobiliteitsmanagement
Binnen Mobiliteitsmanagement worden werkzaamheden verricht voor Scholen-en Wijkenaanpak, Korte Termijn Aanpak en het Europese project Schoolchance. Dit betreft voornamelijk personele inzet en bijdragen aan een regionaal uitvoeringsprogramma, die niet het karakter hebben van een investering. Voorgesteld wordt om het krediet af te sluiten bij de jaarrekening 2021. De resterende middelen van 0,412 miljoen euro blijven beschikbaar projecten en maatregelen Mobiliteitsmanagement in de komende jaren.

14. Afsluiting project Verkeersmanagement
Op de onderdelen Verkeersmanagement, Dynamisch Verkeersmanagement, Thermicam en het Meldpunt VRI’s wordt met name personele inzet geleverd binnen een programmatische aanpak. Voorgesteld wordt om het krediet af te sluiten. Voor zover er wel sprake is van investeringen boven de 0,1 miljoen euro zullen de fysieke investeringen als aparte projecten opgenomen worden in de investeringsstaat. Dit geldt op dit moment voor de projecten Bewegwijzering, en Proof of Concept/Gecoördineerd Netwerkbreed Verkeersmanagment (GNV) en Slimme Kruisingen. Het gaat voor deze projecten in totaal om een krediet van 1,796 miljoen euro. Het resterende bedrag van 0,231 miljoen euro blijft beschikbaar voor de uitvoering van het programma Verkeersmanagement in de komende jaren.

15. Afsluiting Goederenvervoer
Na de afronding van het Actieplan Goederenvervoer 2015-2020 worden maatregelen in het kader van Goederenvervoer voor de komende jaren verder uitgewerkt. Het betreft hier met name personele inzet en bijdragen aan initiatieven in de stad. Voorgesteld wordt om het krediet in de jaarrekening 2021 af te sluiten. De resterende middelen blijven beschikbaar voor de projecten en maatregelen Goederenvervoer in de komende jaren.

16. Deelafsluiting Aanpak Luchtkwaliteit
Met het vaststellen van het luchtmaatregelenpakket Utrecht kiest voor een Gezonde Lucht in 2020, zijn er binnen onderdeel Maatregelen Aanpak Luchtkwaliteit nieuwe maatregelen vastgesteld voor het verbeteren van de luchtkwaliteit tot en met 2025 zoals de projecten Snorfietsen naar de Rijbaan, Milieuzones. De bestedingen gaan voor een groot deel naar proceskosten, subsidieregelingen en communicatiecampagnes. Voorgesteld wordt om het krediet bij de jaarrekening 2021 af te sluiten. De resterende middelen blijven beschikbaar voor het programma Luchtkwaliteit.

17. Deelafsluiting Actieplan verkeersveiligheid
Op het onderdeel Actieplan Verkeersveiligheid worden naast fysieke aanpassingen die samenhangen met verkeersveiligheid diverse kosten verantwoord, zoals personele inzet, snelle maatregelen, onderzoeken, voorbereidingskosten etc. Kosten die voor een groot deel niet thuis horen op de investeringsstaat. We stellen daarom voor om dit project als investering af te sluiten bij de jaarrekening 2021. Voor zover er sprake is van investeringen boven de 0,1 miljoen euro zullen de fysieke investeringen wel als projecten opgenomen worden in de investeringsstaat. Dit geldt op dit moment voor de projecten waarvoor bij de programmabegroting 2021 apart krediet is vrijgegeven in het kader van het naar voren halen van investeringen in verband met corona. Het gaat om een totaal krediet van 0,950 miljoen euro, waarvan 0,2 miljoen euro in 2021 is besteed voor de Bernadottelaan. Resteert een bedrag van 0,750 miljoen euro voor de Donaudreef en de Amazonedreef. Het actuele krediet van 13,675 miljoen euro wordt dus verlaagd met een bedrag van 12,925 miljoen euro. De werkelijke kosten tot en met 2021 voor de Donaudreef en Amazonedreef bedragen 0,063 miljoen euro. Het krediet van 0,750 miljoen euro en de uitputting tot en met 2021 zullen in de volgende investeringsstaat als aparte regel zichtbaar worden. Het resterende budget van 4,430 miljoen euro blijft beschikbaar voor de uitvoering van maatregelen en projecten verkeersveiligheid in de komende jaren.

18. Deelafsluiting 30 kilometer zone
Voor de 30 km zone is bij de VJN 2018 structureel geld beschikbaar gesteld van 0,250 miljoen euro in 2019 oplopend naar een bedrag van 1 miljoen euro vanaf 2024. We stellen voor om het krediet af te sluiten bij de jaarrekening. Het niet bestede deel van 0,569 miljoen euro blijft beschikbaar voor het programma 30 kilometer zone. Ook hier geldt dat we voor investeringen boven 0,1 miljoen euro aparte kredieten aanvragen en opnemen in de investeringsstaat. Daar is vooralsnog geen sprake van, met uitzondering van de Jutfaseweg, die al als aparte investering is opgenomen.